De Veilige Bouwplaats ging in gesprek met Henri van der Kamp. Onder andere directeur van Van Gelder Groep en voorzitter van de Ledengroep Veiligheid van Bouwend Nederland. Persoonlijk is hij zeer betrokken bij het thema Veiligheid, zowel intern als extern. Een korte introductie uit zijn persoonlijke voorwoord in het Veiligheidsboekje van Van Gelder:
Iedereen heeft recht op een veilige werkplek. Van Gelder biedt jou deze veilige werkplek. Dit omdat ik het belangrijk vind dat jij iedere dag veilig én gezond thuiskomt. Dat doen we door bewust veilig te werken. We zijn ons bewust van de risico’s die er op ons werk zijn. En we weten hoe we deze kunnen beperken. Of liever: hoe we deze kunnen voorkomen. Veiligheid is voor Van Gelder ontzettend belangrijk. Om die reden hebben we ‘We werken bewust veilig’ meegenomen als leidend principe binnen onze organisatie.
En dan denk ik: “Waarom gebruik je die van ons dan niet?”
Als we stappen willen zetten op het gebied van veiligheid, dan hebben we behoefte aan ander leiderschap. Wij hebben te lang onze mensen op de bouwplaats monddood gemaakt, want de leidinggevenden wisten wel hoe het moest. Die leiderschapsstijl moeten we veranderen. Dat is echt heel belangrijk voor mij.
Daarbij hebben we de verantwoordelijkheden op de bouw. Die zijn voor mij altijd heel onduidelijk. Wie is waarvoor verantwoordelijk? Wie staat waarvoor aan de lat?
En naast deze bestaande onduidelijkheid is het lerend vermogen van ons als organisaties ook nog eens heel gering. Als bedrijven moeten we onderling veel meer kennis en ervaringen uitwisselen, maar dat gebeurt nog veel te weinig.
We hebben de initiatieven, zoals Governance Code Veiligheid in de Bouw, de ledenraad van Bouwend Nederland en een leerplatform dat nu ontwikkeld wordt, maar ook hierin mis ik vaak een beetje de koppeling met elkaar.
Een treffend voorbeeld zijn bijvoorbeeld de Toolbox Meetings. Wij hebben ‘ik weet niet hoeveel’-talen op de bouwplaats, waarvoor we de toolboxen in ‘ik weet niet hoeveel’-talen laten vertalen. Meerdere bedrijven vertalen een toolbox in 8 talen en dat kost best wat geld. Maar vaak vinden midden- en kleinbedrijf het te duur en dan gebeurt het niet. Dan is de keuze om het toch maar in het Nederlands te doen, maar dan missen mensen net waar het in de kern echt over gaat. En dan denk ik: “Waarom gebruik je die van ons dan niet?”. Wij hebben onze toolboxen al online gepubliceerd en die zijn te gebruiken door iedereen.
Met alle grote bedrijven hebben wij nu gezegd dat we onze toolboxen gaan delen. We moeten alleen een plek hebben waar dat kan. Een platform, waar je ze in verschillende talen kunt afhalen. Dat zijn van die hele simpele dingen die we gewoon niet hebben geregeld in de bouw. Als we dat soort dingen in alle talen voor iedereen beschikbaar hebben, zou dat al een enorme stap vooruit zijn. De bereidheid om met elkaar spullen te delen, die is er binnen deze groep al wel!
Er komt van alles op de bouwplaats, maar heeft iedereen de juiste opleiding om daar te werken?
Ten opzichte van een aantal jaar geleden merk ik wel dat er een omslag in gang is gezet en dat is positief nieuws. Dat is het beeld dat ik een beetje heb, ook vanuit mijn rol als voorzitter van de ledengroep Veiligheid van Bouwend Nederland.
Samen met de Governance Code Veiligheid in de Bouw zijn wij een persoonlijke app aan het ontwikkelen met daarin de opleiding die iemand heeft, zodat dit op de bouwplaats makkelijk kan worden gecontroleerd. Er komt van alles op de bouwplaats, maar heeft iedereen de juiste opleiding om daar te werken? Dat geldt aan het spoor, langs de weg of als je een kantoorgebouw aan het bouwen bent. Je moet wel de juiste basisopleiding hebben gehad. Daar is behoefte aan.
Op het gebied van opleiden moeten we wat mij betreft met elkaar ook eens goed kijken naar de VCA. Ik zou deze veel bouw-specifieker willen hebben. Deze komt natuurlijk uit de industrie, waardoor bouwplaatsmedewerkers heel veel moeten leren, wat ze in de bouw nooit tegenkomen.
Diezelfde app moet je ook kunnen gebruiken om iets te melden, maar dan moeten we deze ook gebruiken om met elkaar te leren, zodat je er dwarsverbanden uit kunt halen. Dat is waar we als branche natuurlijk naar op zoek zijn. Eigenlijk is het gewoon enorm zonde dat het allemaal langs elkaar heen werkt, want we zijn op veel vlakken allemaal met hetzelfde bezig.
Uniformiteit wordt daarom nu ook heel belangrijk. Als je allemaal op dezelfde manier op een platform gaat melden, kun je er ook leerpunten uittrekken. Nu heeft ieder bedrijf nog zijn eigen ‘systeempje’ en zitten we allemaal als het ware ‘naar onze eigen navel te staren’. Het is daardoor lastiger om over bedrijven, laat staan branches, heen te kijken naar wat nou de rode draad is.
Als ik bijvoorbeeld met Heijmans de spullen naast elkaar leg, dan hebben we allemaal dezelfde problematiek als het over veiligheid gaat.
Als bedrijf kun je leren, maar je kunt ook eens een keer uit de branche informatie delen over wat het meest voorkomt. Dan kun je met elkaar de juiste stappen gaan maken.
“Bij ons gebeurt het niet, je bent er zelf bij”. Dat soort kreten.
We hebben op het gebied van veiligheid vanuit de bedrijven ook echt onze verantwoordelijkheid te nemen. Ik hoor nog veel te veel bedrijven roepen dat veiligheid geld kost. Dat moet er natuurlijk echt uit. Veiligheid begint helemaal voorin in de tenderfase, bij de calculaties en werkvoorbereiding, terwijl de bouwplaats het sluitstuk is. Het voorin meenemen van veiligheid is vaak nog niet goed geregeld. Daar werd in het verleden ook helemaal geen rekening mee gehouden. Ik denk dat men er bij de grotere bedrijven tegenwoordig best wel goed mee bezig is. Bij de kleinere bedrijven met een paar man personeel gaan ze nog te vaak gewoon de bouwplaats op onder het mom van: “Bij ons gebeurt het niet, je bent er zelf bij”. Dat soort kreten. De ‘mannetjes-cultuur’, laat ik het maar zo zeggen, die moeten we ook achter ons laten. Een stuk cultuurverandering is noodzakelijk en daar moet binnen de branche echt nog wat gebeuren.
We moeten ook die veilige werkomgeving met elkaar creëren. Zorgen dat iedereen zich durft uit te spreken, want dat is ook een punt op de bouwplaats. We hebben het veel over de fysieke veiligheid, maar de sociale veiligheid op de bouwplaats is ook een item. Er is nog steeds sprake van pestgedrag en discriminatie. Daar moeten we samen meer aandacht aan besteden.
Bij Van Gelder hebben wij onze campagne ‘Bewust Veilig’ nu echt persoonlijk gemaakt, door aan onze mensen te vragen: “Voor wie werk jij bewust veilig?”. Dat slaat wel aan moet ik zeggen. Maar om dan ook echt bewust veilig te werken, heb je ander leiderschap nodig.
Het is een traject dat we als bedrijf in gang hebben gezet en er is nog een lange weg te gaan. Dat is niet morgen geregeld, want zo werkt het gewoon niet. Het is wel iets, waar we heel bewust mee bezig zijn.
Ik ben wel positief over de Veiligheidsladder en daar moeten opdrachtgevers ook hun verantwoordelijkheid nemen.
We hebben de goede voorbeelden, maar nog veel meer verkeerde voorbeelden. Vorige week reed ik ‘s avonds laat over de snelweg. Dan kom ik op de vluchtstrook gewoon nog een busje van een onderhoudsaannemer tegen die tegen het verkeer in rijdt. Dat kan gewoon echt niet, maar dat gebeurt dus nog wel. Ook op dit vlak moeten we als organisaties van elkaar leren en zijn we met een paar bedrijven die beweging aan het maken door elkaar echt in te lichten.
Het is in ontwikkeling, maar nu poppen overal initiatieven uit de grond. Dat vraag ik mij af hoe we die nu bij elkaar gaan houden, zodat we niet alles dubbel doen en alles straks weer verzand in goede intenties.
We hebben natuurlijk allemaal verschillende verenigingen, zoals bijvoorbeeld Techniek Nederland, Bouwend Nederland en Koninklijke NLingenieurs. Dat maakt het ingewikkeld. Dan hebben we ook nog de netwerkbedrijven die het weer anders willen of opdrachtgevers die andere ideeën hebben. Probeer ze maar eens bij elkaar te krijgen.
Ik ben wel positief over de Veiligheidsladder en daar moeten opdrachtgevers ook hun verantwoordelijkheid nemen. Ze moeten gaan eisen dat je op een bepaald niveau komt te staan, omdat je je anders niet kunt inschrijven. Zeggen dat je op niveau 4 moet staan, anders mag je niet meedoen. Dat hebben we nu al met een aantal opdrachtgevers afgesproken en dat besef begint langzaam te komen. Zij kunnen daar een hele positieve invloed uitoefenen.
We hebben nu eenmaal te maken met heel veel lagen van onderaannemers, waardoor het van tevoren aanmelden bij de bouw ook een probleem blijft. Je weet daardoor nooit wie er op het werk verschijnt. Dat is natuurlijk ook een probleem. Wellicht moeten we het aantal lagen hier, net als bijvoorbeeld in Spanje, ook beperken tot 3 lagen. Dat zou het hier een stuk overzichtelijker maken. Dat is best ingewikkeld, maar misschien moeten we daar wel naartoe.
In Engeland heb je nog minder ongevallen. Daar doen ze het nog veel beter dan wij. Zij hanteren een veel strenger veiligheidsbeleid, dan dat wij hier in Nederland doen. De organisatie, zoals we die nu een beetje voorspiegelen, is daar 10x strenger. Daar zit een Veiligheidsdirecteur op hetzelfde niveau als de Projectdirecteur. En die Veiligheidsdirecteur moet over alle aspecten van de bouw ook zijn plasje doen. Daar kun je met elkaar van vinden wat je wilt, maar het werkt wel!
Dat kost geld, maar hoeveel mag een mensenleven dan kosten?
En toch zie je dat er altijd nog risicootjes worden genomen. Waarom doen ze dat toch? Alles begint met je eigen veiligheid en ook die van je omgeving serieus te nemen.
Met betrekking tot het bewustzijn in het bewust veilig werken zie ik wel dat we opschuiven. Maar het tempo valt me nog niet mee. Het is best lastig. Mensen zijn ook enigszins argwanend. Dat zit best wel diep in onze branche.
Het bewustzijn neemt gelukkig wel toe. We organiseren hiervoor ook regelmatig sessies met de eigen collega’s , onderaannemers (ook met de directie) en leveranciers. Dat is ook een verplichting vanuit de Veiligheidsladder. Ook dat vind ik goed aan het systeem. Maar het bewustzijn van onze mensen op de bouwplaats moet nog beter.
Mensen die die beslissing durven te nemen, moeten we juist belonen
Zij moeten zich ook echt veilig voelen om het werk stil te leggen. Dat is ook niet altijd zo. Dan zijn ze schijnbaar toch nog bang om ‘het kneusje’ te zijn, terwijl we die mensen die die beslissing durven te nemen juist moeten belonen. Iedereen kan hier het werk stilleggen, als je constateert dat niet iedereen veilig zijn werk kan doen. Dat vinden veel mensen ook bij ons nog moeilijk. En als ik dan met ze in gesprek ga, waarom ze het niet doen, zit er toch vaak een stukje twijfel achter. Of ze zijn gewoonweg bang dat hun kop eraf gaat. Het is dus nog niet sociaal veilig genoeg om wel die beslissing te kunnen nemen.
Fysieke veiligheid en sociale veiligheid gaan dan ook echt hand in hand. Anders gaat het niet. Ik denk dat als we de sociale veiligheid verbeteren er direct een deel van de fysieke veiligheid is opgelost.
Wil je meer weten, bezoek dan de Bewust Veilig-website van Van Gelder. Klik hier. Gebruik het Veiligheidsboekje “Hoe wij bewust veilig werken” als rode draad voor jouw eigen organisatie. Laat je vooral ook inspireren door de impact van het persoonlijke voorwoord van Henri van der Kamp.